Wonderlijke tijden. Verstoring van de bestaande orde. Wat voor jou belangrijk is wordt bedreigd – en je zoekt steun, houvast, geborgenheid. Je behoefte aan zekerheid groeit, maar waar vind je die nog? De werkelijkheid schreeuwt je toe: ’Je bent op jezelf aangewezen!’ Ben je dus alleen? Nee! Want we zijn hier samen. Niemand is alleen. En we hebben elkaar nodig. Meer dan ooit. Deze tijd vraagt om tevoorschijn komen. Laten zien wie je bent. Je niet meer verschuilen maar meedoen. Inbrengen wat jij kunt bijdragen – door te doen waar jíj blij van wordt. En je door niets of niemand meer bang laten maken. Wanneer je de moed kunt opbrengen om voluit te leven – recht uit je hart, en geholpen door je hoofd – ben je minder alleen dan je denkt. Dan kun je steun, houvast en geborgenheid ervaren. Bij jezelf, en bij de ander. En dan heb je ook wat te geven – dan geef je wie jij in wezen bent.

maandag, maart 31, 2014

Als je nu ongebonden was, wat zou je dan doen?


Je kent het wel. Periodes in je leven dat je ongebonden was. Momenten dat je bij jezelf te rade moest gaan. Soms lastig, omdat je alleen moest beslissen. Tegelijkertijd makkelijk, want je hoefde met niemand rekening te houden. Vaak wist je het wel. Misschien was je wel verbaasd hoe zeker je van je zaak was. Je deed op je gevoel wat goed voelde.

Wanneer je je meer gebonden voelt – door een relatie, kinderen, collega’s – kan het lastig zijn om keuzes te maken. Gewoon omdat er anderen zijn om rekening mee te houden. Dat kan je blokkeren. Je kunt jezelf daarin ook vergeten, wegcijferen. Teveel rekening houden met anderen – waardoor je zelf tekort doet of in de knel komt. Uiteindelijk word je chagrijnig of teleurgesteld. Omdat je niet aan je trekken komt. Je kunt je zelfs een slachtoffer van je omgeving gaan voelen en met hen ruzie krijgen. Want zij zijn het die jou binden, denk je. Het kan hoog oplopen. En dat allemaal omdat je moeite hebt om goed voor jezelf te zorgen. Terwijl je prima weet wat je nodig hebt. Want wat zou je doen als je ongebonden was? Meestal is dat prima om te doen. En je hoort het wel als het echt niet kan.

Je gebonden voelen begint met je verbonden voelen. Bij mij in ieder geval wel. Zonder dat ik het in de gaten heb ga ik rekening houden met de ander. Beter gezegd, ga ik invullen wat ik denk dat de ander wil. Om vervolgens te doen wat ik denk dat de nader wil – zonder dat ik nog doe wat ik zelf wil. Terwijl ik helemaal niet weet wat de ander wil. Ik denk het te weten. Maar meestal klopt het niet. Die ander wil juist dat ik doe wat ik zelf wil. Of wil dat ik in ieder geval weten. Maar het kwaad is al geschied: ik doe iets wat ik zelf niet wil. Sterker nog, eigenlijk niet wil, maar wel denk te willen – omdat ik denk dat de ander het wil. Hoe ingewikkeld kun je het maken?

Terug naar eenvoud. Check bij jezelf wat je wilt. Wat voelt goed? Deel dat met de ander. Zonder van die ander instemming of toestemming te willen krijgen. Laat je verrassen door wat die ander wil. Misschien wel iets waar je zelf nog niet opgekomen was. Stem het af. En blijf checken wat voor jou goed voelt. Blijf bij jezelf terwijl je meebeweegt met de ander. In vrijheid verbonden. Dan heb je ook wat te geven. En waar doet dat toch aan denken. Inderdaad. Goeie seks. 

maandag, maart 24, 2014

Is dit ook belangrijk als je binnen een jaar dood bent?


De meeste dingen waar we ons druk over maken hebben weinig om het lijf. We vinden het ontzettend belangrijk als we er midden in zitten. Maar vaak denk je de volgende dag al: Was dit echt zo belangrijk? Moest ik me daar zo nou druk over maken? We verdoen er veel tijd aan.

Een manier om zin en onzin te onderscheiden is je steeds af te vragen: 'Maak ik me hier ook druk over als ik over een jaar dood zou zijn?' In veel gevallen – heel veel gevallen! – verdwijnt de drukte dan vanzelf. Het blijkt allemaal veel betrekkelijker te zijn dan je dacht. Je kunt makkelijker laten gaan. Je gelooft het wel. Het is de moeite niet waard. Je houdt tijd over voor zaken die er wel toe doen. Misschien ontdek je zelfs dat je je zo druk maakte om maar bezig te zijn, dat je niet anders kon. 

In de ruimte die zo ontstaat ontdek je ook zaken die wel de moeite waard zijn. Zaken waar je tot nu toe niet aan toe kwam omdat je zo in beslag genomen was door drukte om niets. Wezenlijke zaken. Zaken die ergens over gaan. Over wat jij toe kunt voegen. En om herinnerd kan worden als je er niet meer bent.

vrijdag, maart 21, 2014

In je hoofd zit geen leven.


Bijna alles in onze maatschappij is gericht op ons hoofd. We heten niet voor niets een kenniseconomie. Aan ons hoofd hebben we onze welvaart te danken. Toch zit in ons hoofd geen leven. In je hoofd voel je niets. Ja, hoofdpijn. Maar geen bruisend leven. Dat zit op andere plekken in je lijf.

Wandelen, rennen, fietsen, zwemmen, dansen, zingen, vrijen, dat doe je met je lijf. Je hoofd kan daarbij zelfs in de weg zitten. Want in je hoofd zitten behalve je hersenen ook hersenspinsels. Zorgen zitten daar boven. Ze kunnen eruit komen via je lijf, maar ze beginnen in je kop. Vandaar kopzorgen. Je hebt er niets aan. En door te denken gaan ze niet weg. Sterker nog, ze worden er groter door.

Verplaats je aandacht naar je lichaam. Wandel, ren, fiets, dans, zing, vrij zoveel als goed voor je is. Meestal is dat meer dan je denkt. Veel meer. Zo kun een begin maken met in balans komen. Dan is er ruimte voor de vraag waarom je zo weinig beweegt, zo weinig buiten bent, zo’n onnatuurlijk leven leidt. Dat zit in je hoofd. Daar heb je bedacht dat andere dingen belangrijker zijn.

Maar wat is nou belangrijker dan je gezondheid? Al kom je daar soms pas achter als je ziek bent. En daar wil je toch niet op wachten?

dinsdag, maart 18, 2014

Van wie moet dit?


‘Van wie moet dit?' Irritante vraag. En de kans is groot dat het antwoord luidt: ‘Van niemand’. Dit moet van helemaal niemand. Behalve van jezelf. Jij bent waarschijnlijk zelf de grootste slavendrijver die je kent. Al zul je misschien zelf denken dat er nog grotere slavendrijvers zijn. Waarschijnlijk de mensen waarvan je het hebt overgenomen. Of waarvan je het voorbeeld hebt uitvergroot.

Ga bij jezelf eens na: is er nu iemand die zegt dat je dit moet doen? Is het antwoord ‘Ja’, ga daar dan mee in gesprek. Goeie kans dat het antwoord ‘Nee’ is. Ga dan bij jezelf te rade. Welke stemmetjes vertellen je dit? Waar komen die vandaan? Je hebt ze blijkbaar in je, want je hoort ze. Maar zijn ze ook echt van jou? Of zijn het misschien stemmen van ooit? Stemmen van mensen die je hebben grootgebracht – stemmen uit je jeugd, die je opgeslagen en overgenomen hebt?

Hoe dan ook, en waar die stemmen ook vandaan komen, je bent nu een volwassen mens. Wil je nog bepaald worden door anderen dan jijzelf? Je hebt nu een keuze. Je had geen keuze toen je die stemmen voor het eerst hoorde, misschien wel dagelijks meemaakte. Nu wel. Het is jouw leven. Leef het. Voel je vrij om te doen waar je zin in hebt – omdat je er blij van wordt. Leid je eigen leven. Jij bent de baas. Niemand anders.

En ja, makkelijker gezegd dan gedaan. Want was is het lastig. Ik loop dan aan tegen mezelf. Tenminste, tegen wie ik aanzie voor mezelf. Want het kan niet waar zijn dat ik iemand ben die zichzelf voortdrijft. Ten diepste ben ik dat niet. Ik heb het overgenomen en aangeleerd. En toegeven, het heeft me een eind gebracht. Maar inmiddels ook op een plek waar ik niet langer gelukkig wordt. En dan moet ik oppassen dat ik anderen daar niet de schuld van geef. Maar ik was het echt zelf die mezelf tot hier voortgedreven – althans, dat stemmetje in mij.

Wat mij helpt als ik mijn slavendrijver stil wil krijgen zijn twee dingen. Het echt helemaal zat zijn om te leven zoals ik leef. En een diep gevoeld verlangen naar een ander leven. In eerste instantie wordt de stem, die met tot hier gebracht heeft, dan alleen maar sterker: Doe het niet! Je weet niet wat je weggooit! Hoe moet het dan verder?! Geen idee, eerlijk gezegd. Maar ik wel weet: wat ik doe wil ik niet meer. En hoe meer ik die gedachte durf toe te laten hoe meer ruimte ik voel ontstaan voor wat ik wel wil. Spannend. En benieuwd.

vrijdag, maart 14, 2014

Op je levenspad #4


Je levenpad bewandel je in je stoffelijk omhulsel. Dat eerst nog groeit en bloeit. En daarna krimpt en verdort. Het is niet anders. Maar binnen dat omhulsel, verborgen in het stof, gebeurt er wat anders. Daar gaat dat groeien en bloeien door. Tenminste, dat kan. Als jij dat wilt. Dat heet ontwikkeling. Lichamelijk takel je hoe dan ook af, geestelijk kun je nog heel ver groeien. Je lichaam, daar ga je niet over, net zomin als de omstandigheden. Maar je geest is een ander verhaal. Die kun je zelf ontwikkelen en sterken. Juist als de omstandigheden tegenzitten. Of als je lichaam het laat afweten. Dan kun je je eigen geestkracht ontdekken. Een kracht die niemand je kan afnemen. Een kracht die groter is dan jezelf.  Groter dan wie jij voor jezelf aanziet.

donderdag, maart 13, 2014

Op je levenspad #3


De loop van je levenspad ken je niet. Terugkijkend wel, vooruitkijkend niet. Je probeert vooruit te zien, te voorzien, maar het leven loopt altijd anders dan je denkt. Wat je denkt zijn alleen maar projecties van je bewuste verlangens. Wat je werkelijk wilt, of wat het leven met je voor heeft – het is maar hoe je het bekijkt en waar je in gelooft – daar heb je meestal geen idee van. Soms een vermoeden, maar ook niet meer dan dat. Je weet ‘s morgens echt niet hoe een dag eindigt. Je kunt zomaar op een operatietafel komen te liggen, ander werk aangeboden krijgen, of de liefde van je leven tegenkomen. Een ding is zeker, het gaat altijd anders dan je denkt. Net het weer, uiteindelijk niet te voorspellen. Gelukkig maar, want wat zou het saai worden.



woensdag, maart 12, 2014

Op je levenspad #2


De kunst is ieder je eigen pad te lopen. Al is dat soms niet leuk. Want je voelt misschien de druk om samen te lopen. Uit jezelf, vanuit de ander, of vanuit je omgeving. Je zou liever samen op lopen maar weet niet hoe. Of ‘het hoort’ dat je samen oploopt, maar het voelt niet goed. Maar soms is het nodig, ook al loop je in dezelfde richting, om in je eentje te lopen. Of om een omweg te maken. Gun het jezelf, gun het de ander. En dat is lastig als een van de twee graag samen op zou lopen. Of, als in de uitdrukking, met de ander zelfs wil ‘lopen’: een relatie wil. Dat kan zaken ingewikkeld maken. ‘De ene die wil een ander, maar die ander wil die ene niet. De ander wil een ander, maar die ene heeft verdriet,’ zoals Ramses Shaffy al zong. Het kan je dagen verpesten, en je kunt jezelf er doodongelukkig mee maken. Maar bottomline is: Ben je echt blij met je eigen levenspad? Dan ben je vanzelf blij dat ieder ander zijn eigen pad heeft. Ook al loopt dat anders dan jij misschien zou willen. Kun je je overgeven aan je eigen pad? Hoe dat ook loopt? En waar het je ook brengt? 


dinsdag, maart 11, 2014

Op je levenspad #1


We lopen allemaal ons eigen levenspad. Op dat pad komen we anderen tegen, op hun levenspad. Soms kruis je elkaars pad. Soms lopen je paden gelijk op. Soms begrijp je niet waarom het pad van de ander afbuigt. Soms ga je mee op het pad van de ander en kom je erachter dat het jouw pad niet is. Moet je je eigen pad weer terug vinden. En wat is het dan fijn om na het nodige zoeken je eigen pad weer terug te vinden. Je eigen slingerende pad, of jouw kaarsrechte pad. Breed en comfortabel, of hobbelig en inspannend. Soms ben je misschien jaloers op andermans pad, omdat diens pad gemakkelijker of opwindender lijkt. Maar niets is wat het lijkt. Andermans pad lopen is misschien even leuk, maar uiteindelijk werkt het niet. Je wordt er ongemakkelijk en ongelukkig van. Gek genoeg ben je op andermans pad op den duur alleen. Terwijl je het deed om samen te zijn. 

maandag, maart 03, 2014

Gooi je weg wat je niet meer dient? Leef je opgeruimd? Wat een rust.


Een opgeruimd huis geeft rust. Dat weet je. Gun je jezelf ook de rust van een opgeruimd gemoed? Om op te ruimen is het wel nodig alle rommel beet te pakken. Anders kun je het niet weggooien. En ja, dat kan pijn doen, er kan verdriet boven komen. Maar weet, het is oud verdriet, en oude pijn. Het zijn tranen van ooit. Het is al gebeurd – toen.

Kijk het nog een keer aan, en vraag jezelf hardop af: ‘Wil ik dit verdriet, en deze pijn, nog langer in mijn leven?’ Als je echt kunt voelen dat je deze rommel niet meer wilt, omdat je er niets meer aan hebt, dan kun je het laten gaan. Bewust. Want gek genoeg, uit zichzelf verdwijnt het niet. Je moet er echt wat voor doen. Net als in je huis. Het kost tijd en het kost energie. Maar niet opruimen kost je nog veel meer tijd en energie. Want het stapelt zich maar op.

Stel je voor. Je bewaart alles wat je niet gebruikt. Je gooit niets weg. Je huis zou snel vol staan met vuilnis, en groot vuil. Geen doorkomen meer aan. Dat gebeurt ook als je van binnen niet opruimt. Als je blijft rondlopen met wat je allemaal hebt meegemaakt maar niet hebt verwerkt. En dat kan veel zijn, misschien wel meer dan je in de gaten hebt. Leuke dingen, minder leuke dingen. De leuke dingen kun je meestal wel mee uit de voeten. Dat worden leuke herinneringen. Die liggen in een open kast, in het zicht en voor het grijpen.

De minder leuke dingen, dat is een ander verhaal. Die slingeren rond, raken uit het zicht, misschien heb  je ze goed opgeborgen – maar je weet dat ze er zijn. En je kunt er zomaar over struikelen, waardoor je er weer boos over wordt. Ze kunnen ook in een hoek liggen te stinken en te rotten, waardoor het je steeds weer irriteert en je moe maakt. Ze kunnen zelfs ongedierte aantrekken – beesten die je besmetten met een nare ziekte. Opruimen en schoonmaken, dat is nodig. Misschien ben je het niet gewend, maar het is wel nodig. Van binnen net zo goed als in je huis.

Wat ik zo lastig vind is dat opruimen zoveel tijd kost. Maar hoe langer ik het uitstel hoe groter de rommel wordt. Gek genoeg, als ik eenmaal er aan begin valt het altijd weer mee. In mijn huis en in mijn gemoed. Precies eender. Ik ben laatst mijn kasten doorgelopen. Dat kostte me dagen. Vier volle vuilniszakken kwamen eruit. En ik ben relaties aan het checken waar volgens mij nog rommel op te ruimen valt. Eens kijken wat daar nog ligt aan oud zeer – hopelijk zijn het misverstanden. Maar misschien is het ook wel nodig om ferme beslissingen te nemen. Het kan maar duidelijk zijn. Dat geeft rust  en ruimte voor iets nieuws.

Twitter Delicious Facebook Digg Stumbleupon Favorites More