Wonderlijke tijden. Verstoring van de bestaande orde. Wat voor jou belangrijk is wordt bedreigd – en je zoekt steun, houvast, geborgenheid. Je behoefte aan zekerheid groeit, maar waar vind je die nog? De werkelijkheid schreeuwt je toe: ’Je bent op jezelf aangewezen!’ Ben je dus alleen? Nee! Want we zijn hier samen. Niemand is alleen. En we hebben elkaar nodig. Meer dan ooit. Deze tijd vraagt om tevoorschijn komen. Laten zien wie je bent. Je niet meer verschuilen maar meedoen. Inbrengen wat jij kunt bijdragen – door te doen waar jíj blij van wordt. En je door niets of niemand meer bang laten maken. Wanneer je de moed kunt opbrengen om voluit te leven – recht uit je hart, en geholpen door je hoofd – ben je minder alleen dan je denkt. Dan kun je steun, houvast en geborgenheid ervaren. Bij jezelf, en bij de ander. En dan heb je ook wat te geven – dan geef je wie jij in wezen bent.

woensdag, februari 19, 2014

Je hebt alles al. Je weet alles al. Nu iets mee doen. Dat is geluk.



Okee, dit is een lastige. Het besef dat je alles al hebt. En alles al weet. Allang. Je hebt jezelf. En meer is er ook niet. Maar ook niet minder. Dit is wie je bent en daar heb je het mee te doen. Met jouw talenten en begaafdheden. Met jouw geschiedenis en bagage. Je denkt misschien dat het niet genoeg is. En dat je een ander nodig hebt. Om jou aan te vullen. Of zelfs te vervullen. Vergeet het. Een keiharde afdaling naar ongeluk. Want dan maak je jezelf afhankelijk van andermans goede zin. En beste bedoelingen. Die nooit volledig overeen komen met die van jou. En dan begint het gedoe. Je gaat die ander verwijten dat ie niet is wie jij hoopt of denkt dat ie is. Je verwachtingen over de ander komen niet uit. Teleurstelling volgt. In de ander. Maar een ander kan jou niet gelukkig maken.

Geluk werkt andersom. Het begint met ‘Dit ben ik’. Met alles erop en eraan. Je leuke kanten, en vooral je minder leuke kanten – die trouwens wel mee blijken te vallen als je andermans teleurstellingen daarover er vanaf haalt. ‘Dit ben ik’ – in het besef dat je diep van binnen alles al weet, en meer dan genoeg hebt. Als je bijvoorbeeld iets leest of hoort waarvan je denkt of voelt: ‘Ja! Zo waar!’ dan wist je het al. Het wordt nu wakker, het lag te slapen. Of als je tot je door laat dringen wat je allemaal hebt. Al de mensen het dichtst om je heen. Die van je houden. Ook de familieleden waar je misschien al jaren gedoe (of erger) mee hebt. Je familie, die je misschien niet meer wilt zien. Vraag het ze maar. Laat je verrassen.

In mijn hart weet ik alles. Ook dat ik alles al hebt. Mezelf – en de mensen om me heen die van me houden. En als ik leer te houden van mezelf maak ik het anderen makkelijker om van mij te houden. Want als ik van mezelf houd hoef ik geen liefde van een ander. Die krijg ik. En ik deel mijn liefde uit. Het heeft mij mijn leven tot nu gekost om hier achter te komen. Hoe het bij mij gaat: als ik niets meer denk te weten en niets meer denk te hebben, kom ik er (juist! eindelijk!) achter wat ik weet. Eigenlijk alles (inclusief de wetenschap dat ik uiteindelijk niets zeker weet). En wat ik heb. Mezelf. En het is nooit te laat om jezelf te vinden. Al is het op je sterfbed. Maar eerder is wel fijner.  

Twitter Delicious Facebook Digg Stumbleupon Favorites More