Wonderlijke tijden. Verstoring van de bestaande orde. Wat voor jou belangrijk is wordt bedreigd – en je zoekt steun, houvast, geborgenheid. Je behoefte aan zekerheid groeit, maar waar vind je die nog? De werkelijkheid schreeuwt je toe: ’Je bent op jezelf aangewezen!’ Ben je dus alleen? Nee! Want we zijn hier samen. Niemand is alleen. En we hebben elkaar nodig. Meer dan ooit. Deze tijd vraagt om tevoorschijn komen. Laten zien wie je bent. Je niet meer verschuilen maar meedoen. Inbrengen wat jij kunt bijdragen – door te doen waar jíj blij van wordt. En je door niets of niemand meer bang laten maken. Wanneer je de moed kunt opbrengen om voluit te leven – recht uit je hart, en geholpen door je hoofd – ben je minder alleen dan je denkt. Dan kun je steun, houvast en geborgenheid ervaren. Bij jezelf, en bij de ander. En dan heb je ook wat te geven – dan geef je wie jij in wezen bent.

donderdag, december 20, 2012

Hartelijke helderheid (Stel je voor)

Kinderen kunnen het tot vervelens toe: ‘Waarom?’ vragen. Gelukkig houden ze daar ook weer mee op. En als het op vierjarige leeftijd nog niet over is, dan zorgt de basisschool daar wel voor. Want in de Cito-toets is geen ruimte voor ‘Waarom?’ Te moeilijk! Daar draait het om ‘Daarom!’. En weg was de onbevangenheid. Maar dan wordt het crisis. En zijn er ongebruikelijke oplossingen nodig. Maar daar hebben we niet voor doorgeleerd. Onze creativiteit hebben we opgeborgen. Want op school begreep je: ‘Kop houden! Gekke vragen, daar schiet ik hier niets mee op.’ Maar in Den Haag weten ze het inmiddels ook niet meer, en willen ze er graag van af. Na de kaasschaaf is er het nu decentraliseren. Een geweldige kans om het ondenkbare te denken. Door opnieuw te leren ‘Waarom?’ te vragen. Leuker misschien: ‘Hoezo?!’ Klinkt wat lekkerder. En maak je borst maar nat. Want je loopt aan tegen allerlei ‘Kan niet, mag niet!’ – in jezelf, en om je heen. De eerste vraag bij elke publieke taak is: ‘Waarom is de overheid hier überhaupt voor verantwoordelijk?’ En: ‘Wie zegt dat eigenlijk? Wie heeft dit ooit verzonnen?’ En vragen als: ‘Het gaat nu van het rijk naar de gemeenten. Waarom kan het dan niet van de gemeente naar de buurt? Of van de buurt naar de straat? Of naar families en gezinnen? Of naar burgers onder elkaar?’ Want hoe ging het ooit? Voor die 20e eeuw, waarin we alles maar naar boven stuurden? Ooit kwam het van beneden. In de Gouden Eeuw – toch geen slechte tijd? en thuis bij Jan Steen, was het best gezellig – lag de WMO niet bij Den Haag of bij de gemeenten, maar bij de mensen zelf, bij de mensen onderling. Hetzelfde gold voor de jeugdzorg, en het onderwijs, etc. De vraag is: kun je anders kijken, iets anders zien dan hoe het hoort? Stel, je komt heel stoer van Mars. Wat zie je dan? Heel veel goedbedoelde bemoeizucht, en gepamper. Stel, je komt heel zacht van Venus. Wat zie je dan? Een heleboel liefdeloos gezorg en mechanisch gedoe. Maar stel, je komt van... de zon. Stralend – je bent krachtig èn liefdevol, tegelijk. Hoe zou je dan doen? Misschien wel zoals een kredietbaas bij de Triodos Bank, die tegen een klant zei: ‘Ik hou van jou, en daarom krijg je geen krediet.’ Het kan. Met een heldere kop, vanuit een gouden hart. Die hartelijke helderheid, dat hebben we nodig. Dan kan die oude wereld, van pappen en nathouden, op 21 december vergaan. Gesproken column bij Reuring!Café, 19 december 2012

maandag, december 10, 2012

Jezelf tegenkomen (Voor jezelf beginnen)

Jezelf tegenkomen schijnt nogal heftig te zijn. Niet iets waar je op zit te wachten. Toch gebeurt het. Iedereen. Elke dag. En zeker ondernemende mensen. Want ondernemen doe je zelf. Niemand anders. Ondernemende mensen zoeken contact. Ze stappen de wereld in en zeggen: hier ben ik, en dit wil ik. Voor jezelf beginnen betekent een ander ontmoeten. En in die ontmoeting kom je jezelf tegen. Want de wereld zegt iets terug, of juist niet. En dan ligt de bal bij jou. Dan begint het spel. Dan komt het er op aan. Dan word je door de mensen om je heen uitgedaagd. Om jezelf te zijn. Dat is wat ik ervan leer. De grootste uitdaging in dit leven is niet om het beter te doen dan anderen. Om te winnen. Het leven is geen wedstrijd. Er is maar een tegenstander, en dat ben je zelf. Jij en je eigen gedoe: 'Ik zelf' - een hele taaie... Je eigen gedoe is wat je tegenkomt als je gaat ondernemen. Er is geen betere en geen snellere route naar zelfkennis dan voor jezelf beginnen. Effectief en efficiënt. Want de wereld houdt je gratis een spiegel voor. En als je daar in durft te kijken, alles onder ogen wilt zien, ligt er een grote beloning voor je klaar. Jij zelf. Niet degene die je denkt dat je bent. Nee, degene die je werkelijk bent. In wezen. Diep van binnen. Gesproken column bij PermanentBeta, 3 december 2012

zondag, december 02, 2012

Communicatiekracht (Luisteren naar jezelf)

Communicatie begint met luisteren, kijken, waarnemen. Dat betekent eerst rustig worden: niets willen, nergens op uit zijn. Communicatie gaat over aansluiten en aanvoelen, niet zenden en ontvangen. Communicatiekracht zit diep van binnen, en kan soms heel zacht klinken. Bij kracht denken we aan groot en sterk – het kan een fluistering zijn. Het gaat niet om volume en bereik, maar over intentie en energie. Communicatie begint met nieuwsgierigheid en verwondering. Openstaan, aandacht hebben – oprechte vragen stellen: ‘Hoe doe jij dat nou?’, ‘Hoe kijk jij er tegen aan?’ Je open stellen voor een andere kijk, een ander geluid. Aandacht voor de kijk en het geluid – het gevoel van de ander. En kun je dan ook genieten van wat een ander te vertellen heeft? We hebben allemaal een verhaal, en we vertellen graag ons verhaal. Maar de ander heeft ook een verhaal – en boeit diens verhaal jou ook? We zijn zo gewend zelf te vertellen, zelf te zenden, een ander te overtuigen. Ondertussen verlangen allemaal naar elkaar en naar verbondenheid. Verbinding begint met loslaten van je eigen verhaal. ‘Wat is jóuw verhaal?’, dat is de vraag. Die vraag kun je om te beginnen aan jezelf stellen. Aandacht, echte en oprechte aandacht voor je eigen verhaal. Pas als je daarmee klaar bent ontstaat er ruimte voor andermans verhaal. Want anders is de kans groot dat je naar een ander luistert... Terwijl je ondertussen je eigen verhaal wilt vertellen. Communicatie gaat over aansluiten, verbinden. Verbinden – om te beginnen met jezelf. En dat is het allerlastigste, want... Je verbinden met jezelf is jezelf ontmoeten. En dan loop je tegen oordelen aan – over jezelf. Oordelen die je vaak zomaar projecteerde op anderen. Jouw opvattingen over hoe het hoort: ‘Kan niet, mag niet’. We zitten er overvol mee, en grotendeels onbewust. Maar wat gebeurt er in de loop van je leven? Je wordt je bewust van al die onbewuste opvattingen. Ze huizen in je kop – je weet vaak niet eens hoe je er aan komt. Je vindt het: ‘Het is zo’, ‘Het kan niet anders’, ‘Zo gaat het nou eenmaal’. Je staat niet open voor een andere kijk, want daarboven zit het vast. En je voelt je gesterkt door al die anderen die het ook vinden. Natuurlijk: die denken in hetzelfde kader, even beperkt. Zo houden we in stand zoals het gaat, en hoe het hoort. Waardoor er van alles niet gedacht, gezegd en gedaan kan worden. En zo doen we onszelf en elkaar tekort – de hele dag door. Zo is van alles onbespreekbaar – ‘Njet’, ‘No Go’. Maar op een dag gaat het niet meer: ‘Zag ik mij in een donker woud verloren’  En je loopt verschrikkelijk tegen jezelf aan. Je trekt het niet meer, het is op – het is c r i s i s . Het is Dante’s hel, en we komen het allemaal terecht. Daar kom je jezelf tegen – en dat schijnt heel erg te zijn... Inderdaad: schijnt – want het is het beste dat je kan overkomen. Want wat wil je nog meer? Eindelijk, na al die jaren! Daar ben je dan. De afgelopen tijd daalde ik af naar de bodem van het dal. Narigheid en gedoe, ik wilde er niet zijn. Maar de bodem van het dal... Dat blijkt de basis in mezelf te zijn. Waar ik bang voor was, niet wilde zijn... Is de plek waar ik me thuis voel, geborgen weet. Het is er niet goed of fout, niet leuk of vervelend: Daar gaat het niet om – het is niet van toepassing. In mijn basis is het rustig, daar ben ik tevreden. Ik heb er geen haast, en ben nergens op uit. Daar wil ik niets, en er gebeurt van alles. Als een kind, nog onbevangen... Geniet ik er van het leven. Daar heb ik geen oordelen. Daar sta ik open voor wat er is. Daar keur ik niets op voorhand af. Daar is geen strijd tussen hoofd en hart. Daar raak ik niet in de knoop met mezelf. Daar is er ruimte, voor mezelf en voor anderen. Daar ben ik nieuwsgierig, verbaasd, en verwonderd. Daar heb ik oprechte belangstelling voor een ander. Daar hoef ik het met niemand eens te zijn, en zij niet met mij. Daar kan ik zeggen: Oh, zie jij het zo? Dat wist ik helemaal niet!’ Daar durf ik te zeggen wat ik op mijn hart heb. En pas dan is er kans op verbinding. Dan hebben we het ergens over. Dan is er sprake van vervulling. Al het andere is vulling... Verveling en ruis. Wonderlijk, dat je eerst naar de bodem moet om die innerlijke rust te vinden... En het kost aandacht en energie om daar te blijven en te genieten. Want vreemd genoeg, je wilt er toch weer weg... Gesproken column, 28 november 2012, bij Ten Have en Partners

Twitter Delicious Facebook Digg Stumbleupon Favorites More